Nieuw bekend: SV-premies en kostprijsfactoren voor 2022
Hierbij het overzicht opgesteld door Marcel Reijmers die ieder jaar een mooi overzicht maakt van de diverse variabelen in de kostprijs voor 2022 voor zover die (voorlopig) bekend zijn gemaakt. Zie geheel onderaan voor bronvermelding en de updates voor cijfers die op dit moment nog niet bekend zijn.
Hieronder volgt een overzicht van de variabelen in de kostprijs voor zover die (voorlopig) bekend zijn gemaakt tijdens Prinsjesdag. Medio november zullen de definitieve premies voor de sociale verzekeringen in de Staatscourant worden gepubliceerd.
Reserveringen
De reserveringen binnen de CAO van de ABU en NBBU zijn voor 2022 als volgt berekend:
Voorzieningen
Voorziening | 2021 | 2022 | Opmerking |
Sociaal Fonds | 0,2% | 0.2% | CAO partijen hebben afgesproken vanaf 2022 de maximale premie van 0,2% weer te gaan heffen, na een groot aantal jaren met een lagere premie |
Scholing | 1,02% | 1,02% | Alleen gedurende de eerste 78 weken |
Leegloop | Dit percentage dient u zelf te bepalen | ||
Ziekte | Dit percentage dient u zelf te bepalen |
Ook in 2022 zijn er diverse risico’s bij waar u als uitlener rekening mee moet houden, zoals kosten voor het verschuiven en afzeggen van roosters binnen 4 dagen voor aanvang bij oproepcontracten; leegloop in fase A/1/2 als het géén oproepcontracten (meer) zijn en de kosten van het geboorteverlof. Dit laatste moet in alle gevallen worden doorbetaald door de werkgever, ook bij contracten met uitzendbeding. Daar geldt een individuele reservering van 0,6%, maar dat zal nooit voldoende zijn om 5 dagen door te kunnen betalen.
Wachtdagcompensatie
2021 | 2022 | Opmerking | |
Premiegroep I | 0,71% | 0,71% | Geldt voor contracten met uitzendbeding uit de ABU CAO (AVV verklaard) Geldt voor alle fasen van de NBBU |
Premiegroep II | 1,16% | 1,16% | Geldt voor contracten met uitzendbeding uit de ABU CAO (AVV verklaard) Geldt voor alle fasen van de NBBU |
Pensioenpremies
Het premiepercentage wordt jaarlijks door het bestuur van het pensioenfonds vastgesteld en kan dus ieder jaar wijzigen. De kans dat dat voor 2022 gebeurt, achten wij klein. De uur franchise voor het pluspensioen en het maximum pensioengevend uurloon worden vaak pas eind december bekend gemaakt door StiPP, maar zullen vast stijgen.
De totale kosten van de pensioenregeling zullen echter wel stijgen, omdat de grondslag waarover premie moet worden betaald wordt uitgebreid naar ál het brutoloon (minus een evt. bijtelling voor een auto). De grootste kostenstijging zal te zien zijn in de factor van overuren, bruto vergoedingen en toeslagen, omdat daarover voortaan ook pensioenpremie moet worden betaald.
Totaal over grondslag | Werkgeversdeel | Werknemersdeel | |
Premie Basisregeling | 2,6% | 2,6% | 0.0% |
Premie Plusregeling | 12,0% | 8,0% | 4,0% |
Franchise Plusregeling | n.n.b. | n.v.t. | n.v.t. |
Max. pensioengevend uurloon | n.n.b. |
Transitievergoeding
Voor 2020 en 2021 hebben wij geadviseerd de volledige 2,78% voor de transitievergoeding in de kostprijs op te nemen Ten eerste, omdat werkgevers met terugwerkende kracht ook aan de bestaande populatie transitievergoeding moesten betalen als werknemers geen nieuw contract krijgen en zij daar waarschijnlijk onvoldoende rekening mee hadden gehouden. Ten tweede zouden er meer verzoeken binnenkomen van ex-werknemers om de vergoeding te betalen en ten derde, omdat het voor uitleners bijna niet mogelijk zal zijn de kosten te verhalen op de toevallige opdrachtgever waar de werknemer als laatste heeft gewerkt. Het is dan fair om alle opdrachtgevers naar rato van het aantal gewerkte uren hun aandeel te laten betalen. In de praktijk merkten we dat opdrachtgevers dit accepteerden.
Voor 2022 gelden die argumenten grotendeels nog steeds, maar is er natuurlijk wel een beter zicht op de werkelijke kosten. Het is in ieder geval verstandig serieus naar het percentage te kijken dat wordt opgenomen in de transitievergoeding. Ook zullen opdrachtgevers willen zien dat de transitievergoeding werkelijk wordt uitgekeerd.
Overige kosten
Hierboven staan de onderdelen van de kostprijs die min of meer vastliggen. Daarbovenop berekent u natuurlijk een marge om tot uw tarief te komen. Daarbij houdt u rekening met uw eigen kostenstructuur die vooral wordt bepaald door uw personeelskosten, huisvesting, marketing, enzovoort. Daarnaast heeft u minder zichtbare kosten, zoals die voor lidmaatschap van de branche- en andere organisaties, abonnementen op tijdschriften en websites, et cetera. Deze moeten uiteraard ook worden terugverdiend.
Onderstaande heeft strikt genomen geen betrekking op de kostprijs, maar maakt het beeld wel compleet.
(Minimum)Uurloon vergoedingen
- De minimumlonen voor 2022 zijn nog niet gepubliceerd.
Netto vergoedingen
De regelingen omtrent onbelaste reiskostenvergoeding veranderen niet in 2022. Dat betekent dat de maximale onbelaste km-vergoeding €0,19 blijft.
Vanaf 2022 hebben werkgevers ook de mogelijkheid een onbelaste thuiswerkvergoeding van € 2,00 te verstrekken. Als deze vergoeding aan de ‘eigen’ werknemers wordt gegeven, hebben uitzendkrachten er ook recht op, want de thuiswerkvergoeding wordt onderdeel van de inlenersbeloning.
Reserveringspercentages 2022
In 2022 zullen de volgende reserveringspercentages gaan gelden voor uitzendkrachten die onder de CAO van de ABU of NBBU vallen. Deze percentages zijn ook in de nieuwe CAO ongetwijfeld terug te vinden in bijlage I van de cao.
Vakantiedagen
Sinds 2020 is er geen verschil meer in de reserveringspercentages in de cao’s van ABU en NBBU. Door de harmonisatie van de twee cao’s hebben beide 25 vakantiedagen.
Het aantal werkbare dagen in 2022 is 230 (260 -/- het aantal vakantiedagen uit de cao -/- het aantal officiële feestdagen uit de cao).
De reserveringspercentages worden als volgt berekend:
Het aantal vakantiedagen
Het aantal werkbare dagen
ABU/NBBU
Reguliere uitzendkrachten | 25 vakantiedagen | 10,87% |
Vakantiekrachten | 20 vakantiedagen | 8,33% |
Als de reservering wordt gesplitst in wettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen, gelden de volgende percentages:
Reguliere uitzendkrachten | 20 wettelijke vakantiedagen | 8,70% |
5 bovenwettelijke vakantiedagen | 2,17% |
Feestdagen
Het aantal werkbare dagen in 2022 is 230 (260 -/- het aantal vakantiedagen uit de cao -/- het aantal officiële feestdagen uit de CAO). Er zijn in 2021 in totaal 5 feestdagen die op een doordeweekse dag vallen.
De reserveringspercentages worden dan als volgt berekend:
Het aantal feestdagen
Het aantal werkbare dagen
ABU/NBBU
Reguliere uitzendkrachten | 5 | 2,17% |
Vakantiekrachten | geen recht op feestvergoeding | 0,00% |
Payrolling
Uit te rekenen m.b.v. de definitie voor het aantal werkbare dagen en bovenstaande formule.
Kort verzuim/bijzonder verlof
Dit percentage zal in 2022 officieel niet veranderen, maar houdt er rekening mee dat er in alle typen uitzendovereenkomsten een doorbetalingsverplichting geldt voor het geboorteverlof van 5 dagen. Dit is niet eerder in kostprijsmodellen opgenomen geweest en is ook niet in dit percentage verwerkt. De uitlener zal zelf een inschatting van de kosten hiervoor moeten maken.
ABU/NBBU
Reguliere uitzendkrachten | 0,60% |
Vakantiekrachten | geen recht op deze reservering |
Vakantiebijslag
Dit is voor alle werknemers die vallen onder de (algemeen verbindend verklaarde) CAO ABU of NBBU en is sinds 2020 gestegen van 8% naar 8,33% van het loon. De grondslag is uitgebreid met de in tijd gereserveerde compensatie-uren (CAO artikel 18):
De uitzendkracht heeft recht op 8,33% vakantiebijslag van het feitelijk loon over:
- de gewerkte dagen;
- vakantiedagen;
- feestdagen;
- dagen waarop de uitzendkracht arbeidsongeschikt is;
- compensatie-uren en;
- de uren waarover de uitzendkracht bij wegvallen arbeid op grond van artikel 22 in de cao recht heeft op loondoorbetaling.
Payrollwerknemers
De werknemers hebben recht op vakantiebijslag van gelijke hoogte en gebaseerd op dezelfde grondslag als de werknemer, werkzaam in een gelijke of gelijkwaardige functie in dienst van de opdrachtgever. Het percentage zal meestal 8% zijn, maar dat hoeft dus niet.
Looncomponenten
Reserveringspercentages zijn bekend, vergeleken met 2021 stijgen ze behoorlijk.
Werkgeverscomponenten die volgen uit de CAO
De premies voor de pensioenregeling van StiPP blijven waarschijnlijk ongewijzigd. De franchise en het maximum pensioengevend uurloon zijn nog niet bekend. Die worden meestal pas eind december gepubliceerd, maar de praktijk leert dat beide stijgen.
De pensioenregeling wordt echter wel duurder in 2022, omdat over veel meer loon premie moet worden afgedragen. Kort gezegd moet er voortaan ook premie worden betaald over toeslagen, overwerk en alle bruto vergoedingen.
De premies sociaal fonds en duurzame inzetbaarheid zijn onveranderd. Die bedragen respectievelijk 0,2 en 1,02%. De werkelijke premie sociaal fonds was de afgelopen jaren lager, maar CAO-partijen hebben afgesproken vanaf 2022 weer 0,2% te gaan heffen.
De kosten voor transitievergoeding, leegloop en verzuim zijn volledig organisatie-afhankelijk, die zult u dus zelf moeten bepalen. Dat geldt ook voor de kosten van het geboorteverlof (5 dagen doorbetaald verlof voor de vaders). Dit is niet specifiek in de kostprijs opgenomen, maar zeker als u veel gebruik maakt van het uitzendbeding, is de standaard voorziening van 0,6% per definitie niet genoeg.
Werkgeverslasten
De sectorale premies voor de werkhervattingskas zijn al gepubliceerd in de Staatscourant en daarom definitief. Voor de premies voor WAO, WW, Kinderopvang en ZVW zijn tijdens Prinsjesdag voorlopige percentages gepubliceerd. De premie Werkhervattingskas wordt op ondernemingsniveau door de Belastingdienst eind november / begin december meegedeeld. We hebben alle premies hier voor u bij elkaar verzameld.
Kosten van de eigen organisatie
Of en hoeveel u van deze kosten in de berekeningen wilt meenemen, is een strategische keuze. Wij zien steeds vaker dat deze kosten niet of nauwelijks worden meegenomen in de kostprijsberekening, omdat de inleners transparantie vragen op dit gebied en de door ons beschreven kostprijsberekening over de kosten van arbeid gaat. De kosten van de eigen organisatie dienen naar onze mening uit de marge betaald te worden.
Bron: Flexnieuws.nl
Elke maand publiceren wij verschillenden nieuwsartikelen. Bent u benieuwd waar wij de afgelopen tijd over geschreven hebben? Bekijk dan hier al onze nieuwsartikelen.
Wilt u maandelijks op de hoogte gehouden worden van alle actuele onderwerpen rondom de flexbranche? Stuur dan een mail naar contact@cicero.nl en u ontvangt maandelijks onze nieuwsbrief.
Wilt u weten wat wij voor uw bedrijf kunnen betekenen? Neem dan contact met ons op via ons telefoonnummer 038 720 0821 of stuur een mail naar contact@cicero.nl.
Relevante artikelen
Nieuw directieteam maakt Bureau Cicero klaar voor de komst van de Wtta
Het toelatingsstelsel heeft niet alleen grote gevolgen op de uitzendbranche. Ook Bureau Cicero moet als inspectie-instelling de capaciteit flink opschalen. Om die enorme groei
SNA-certificering voor backoffice-partijen
Hoe verloopt een inspectie van een backoffice-partij? En hoe kijken certificerende partijen naar de komende verplichte certificering van de gehele branche? Patrick Tom van
Onbelaste reiskostenvergoeding naar € 0,23 per km in 2024
De onbelaste reiskostenvergoeding gaat van € 0,21 per kilometer in 2023 naar € 0,23 per kilometer met ingang van 1 januari 2024. Dat staat
Plaats een bericht