WAB special – Transitievergoeding vanaf 1ste dag dienstverband
Dit artikel is onderdeel van onze WAB-special. In deze artikelen worden de belangrijkste onderdelen van de WAB en de wijzigingen die deze in de praktijk tot gevolg hebben behandeld.
Deze informatie is bedoeld voor werkgevers, zoals uitzenders, payrollers, reguliere werkgevers, als aanzet om verdere verdieping in de soms complexe materie elders te zoeken. Het doel van deze special is om te wijzen op de aanstaande wijzigingen die vanaf ingangsdatum van de WAB per 01-01-2020 van kracht worden.
Verandering
Vanaf 1 januari 2020 krijgt de werknemer vanaf de start van de dienstbetrekking (1ste dag van het contract) recht op een transitievergoeding. De vergoeding wijzigt naar 1/3 maandsalaris per contractjaar, maar deze wordt pro rata berekend.
De uitzonderingsregels voor o.a. 50+ jaar medewerkers komen te vervallen.
Waar heeft de wijziging betrekking op
Deze nieuwe regel geldt voor alle werknemers die op of na 01-01-2020 bij de werkgever in dienst zijn en die niet op eigen initiatief de arbeidsverhouding beëindigd hebben. Er zijn 2 uitzonderingsgroepen, zie hieronder.
Gevolgen
De loonkosten voor werknemers die binnen 2 jaar na aanvang dienstverband door de werkgever niet verlengd worden of waarvoor ontslag wordt aangevraagd, zullen voor de werkgever stijgen met ca. 2.78%
De werkgever betaalt nu immers pas vanaf 24 maanden dienstverband op basis van dezelfde gronden een transitievergoeding.
Vanaf 2020 is dit dus vanaf dag 1 van het dienstverband. Dit geldt ook bij een uitzendcontract dat niet verlengd wordt of bij ontslag in proeftijd.
De kosten van de transitievergoeding zijn over de duur van het dienst verband pro rata 1/3 van een gemiddeld maandsalaris per dienstjaar.
Indien er dus 3 maanden gewerkt is en er is een 50% parttime dienstverband bij een maandloon van € 2.000,- dan bedraagt de transitievergoeding: 1/3 x 2000 x 25% van een jaar x 50% = € 83,–
De officiële formule vindt u in de bronvermelding. Dit is vooral belangrijk voor werkgevers die medewerkers in dienst hebben met een wisselde omvang werkweek en diverse uurlonen gedurende het dienstverband. Er dienst immers over een gemiddelde van de verdiensten gedurende het gehele dienstverband berekend te worden.
Aandachtspunten/uitzonderingen
Er zijn 2 groepen uitgezonderd van de nieuwe regels:
- Voor uitzendwerkgevers geldt geen plicht tot betaling van transitievergoeding:
- Als de uitzendovereenkomst eindigt omdat de uitzendkracht een arbeidsovereenkomst aangaat met de opdrachtgever waar hij als laatstelijk gewerkt heeft (overgenomen wordt door de opdrachtgever)
- Als de uitzendkracht na een aanbesteding door een andere uitzendonderneming aan de opdrachtgever waar hij laatstelijk werkzaam was ter beschikking wordt gesteld voor hetzelfde werk (overgenomen wordt en bij dezelfde opdrachtgever gaat werken in gelijk soortige functie)
- Voor alle werkgevers geldt geen plicht tot betaling transitievergoeding:
- Werknemers die bij einde dienstverband nog geen 18 jaar zijn EN waarbij de gemiddelde arbeid niet meer dan 12 uur/week was.
- Werknemers die uit dienst gaan in verband met of na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd
- Als de medewerker zelf het dienstverband opzegt of een (tijdig) schriftelijk aangeboden verlenging voor het eindigend contract zelf niet accepteert.
- Bij het niet verlengen van een tijdelijke overeenkomst of het eindigen van een overeenkomst met uitzendbeding of het eindigen van een overeenkomst in proeftijd door werkgever, blijft de verplichting tot vergoeding van kracht.
- Voor werknemers voor wie nu reeds een procedure voor ontslag is aangevraagd of die nog in 2019 wordt aangevraagd, gelden bijzondere regels. Vraag hiertoe uw adviseur.
Reserveren van kosten transitievergoeding
Fiscalisten twisten nog over de vraag of het fiscaal toegestaan is om een reservering voor toekomstig uit te keren transitievergoedingen op de balans op te nemen. Deze dienen immers aan diverse voorwaarden te voldoen, er gelden strenge regels.
Bij het reserveren van de kosten voor transitievergoedingen op de balans is de intentie van de onderneming vast komen te staan: de transitievergoeding wordt in de toekomst aan de medewerkers uitgekeerd.
Overgangsregel
Deze is er niet. Voor medewerkers die na 01-01-2020 uit dienst treden wordt de transitievergoeding berekend over het gehele dienstverband, dus ook over de arbeidsduur die ligt in 2019 of eventueel ervoor. Er dient dus over het gehele dienstverband berekend en uitgekeerd te worden.
Plaats een bericht