Een “woonplaatsverklaring” bestaat niet
De Belastingdienst heeft verkeerde informatie verstrekt over het aanvragen van een zogenaamde “woonplaatsverklaring”.
In de 1e 3 uitgaven van de ‘Nieuwsbrief Loonheffingen 2019’ en in het ‘Handboek Loonheffingen 2019’ staat beschreven dat een werknemer de Belastingdienst kan vragen om een “Woonplaatsverklaring”.
Dit is niet juist.
Werknemers die op verzoek van de werkgever zo een woonplaatsverklaring hebben aangevraagd om te kunnen onderbouwen of zij recht hebben op het belastingdeel van de heffingskortingen, hebben een brief ontvangen waarin staat dat de Belastingdienst deze verklaring niet afgeeft.
Nieuwe situatie per 01-01-2019 voor loonheffingskorting
Door de wijziging in de toepassing van loonheffingskorting geldt dat de werkgever per 01-01-2019 moet weten of de werknemer wel of niet in Nederland ingeschreven staat als ingezetene. Alleen als dit het geval is blijft recht bestaan op de volledige omvang van de loonheffingskorting.
De werkgever moet zelf bepalen wat de woonplaats van de werknemer is en van welk land hij/zij inwoner is. De werkgever is immers inhoudingsplichtige en daarmee verantwoordelijk voor de juiste toepassing van de loonheffingskorting. Dit dient middels een schriftelijke verklaring vastgelegd te zijn. In het verleden was hiervoor een modelverklaring bij de Belastingdienst beschikbaar.
Sinds de invoering per 01-01-2019 van het verschil tussen wel/geen ingezetenen is er nog geen modelverklaring door de Belastingdienst opgesteld. De werkgever dient dus zelf een verklaring op te stellen, waaruit blijkt wat het juiste woonland van de medewerker is.
Woonland?
Het woonland is het land waar het sociale en economische leven van de werknemer zich afspeelt. Is de werknemer tijdelijk in Nederland om hier te komen werken, maar is zijn/haar sociaal- en economisch leven in het thuisland en is hij/zij daar ook ingeschreven bij de gemeente, dan is de werknemer in dit opzicht inwoner van het thuisland. Ook woont de werknemer in het buitenland, als de eigen kinderen daar naar school gaan en hij/zij daar bijvoorbeeld een bankrekening of een huis heeft.
Is dit het geval, dan is hij/zij ook geen inwoner van Nederland. Dit geldt ook als de ET-regeling toegepast wordt. Het gaat hier immers om dubbele huisvestingskosten, waarbij de vaste huisvestingskosten in het vestigingsland zijn en de dubbele/tijdelijke huisvestingskosten in Nederland gemaakt worden.
De werkgever moet zelf beoordelen of het door de werknemer aangegeven woonland overeenkomt met de gegevens die de werkgever van de werknemer heeft. Komen de gegevens overeen, dan kan de werkgever uitgaan van dat woonland.
Aanpassing nieuwsbrief en Handboek
In de 4e en laatste uitgave van de ‘Nieuwsbrief Loonheffingen 2019’ zal de Belastingdienst de foutieve informatie verwijderen. Tevens past de Belastingdienst het handboek aan.
Bron: Belastingdienst.nl
Relevante artikelen
Renseigneringsverplichting btw-vrijstelling
De Belastingdienst heeft het toepassingsbereik van de nieuwe renseigneringsverplichting verduidelijkt. Het was onduidelijk of administrieplichtigen ook gegevens van ondernemers die vrijgesteld zijn van de
Sectorwijziging blijft met max 5 jaar terugwerkende kracht mogelijk
In een recente uitspraak van de Hoge Raad blijkt dat een sectorwijziging met maximaal 5 jaar terugwerkende kracht mogelijk blijft. Dit kan dus grote
Het belang van het tijdig en correct invullen van de rittenregistratie
Onlangs deed de Rechtbank Noord-Holland een nieuwe uitspraak. Ze oordeelde dat een werknemer die gebruik wil maken van belastingvoordeel zelf moet bewijzen dat er
Plaats een bericht